Sta je op de hoogste berg van Nederland, nee niet in Limburg maar op het Caraïbische Saba, dan kun je Sint-Eustatius en Sint-Maarten zien liggen, zo dichtbij en toch zo verschillend. Alle drie hebben ze ons hart gestolen. En niet onbelangrijk, je kunt er prima wandelen in de ochtend en de namiddag, want het waait er altijd.
Gepubliceerd in Wandelmagazine 2022-4.
Bovenwinds hoppen doe je zo: Een kwartiertje vliegen, knus met zijn vijftienen in een vliegtuigje dat van een korte landingsbaan omhoog springt, of een dik uur varen. Je bent er zo. En steeds weer kom je op een plek in het Koninkrijk der Nederlanden waar het heel anders is dan op het eiland waar je vandaan komt. Saba biedt rust, relatieve koelte en uitbundig groen. Op Statia, de koosnaam voor Sint Eustatius, struikel je over de sporen van het koloniale verleden en op Sint Maarten met zijn witte stranden kan het zo maar gebeuren dat The Big One, een boomlange zingende travestiet, jouw hoofd tussen haar borsten schurkt op het moment dat je net je tanden in een homp geurige geitencurry wil zetten. Op alle drie beleef je hoe ontspannen een multiculturele samenleving kan zijn. Saba spant de kroon met 120 nationaliteiten op nog geen tweeduizend inwoners. We spraken er Engels en een beetje Nederlands. Moeder uit Guyana, vader van Jamaica, geboren op Sint Maarten, op school in Aruba en nu taxichauffeur op Saba. Cuchi lacht zijn met goudversierde tanden bloot als we weer eens bij hem instappen op weg naar een pad aan de achterkant van de vulkaan. Dit keer schalt It’s a man’s man’s man’s world uit zijn speakers.
De hoogste berg van Nederland
“In Limburg zijn ze boos op ons, wij hebben de hoogste berg van Nederland”, plaagt de bejaarde Parsifal ten Holt. Hij heeft een jaartje op de Parelschool in Amsterdam gezeten, maar veel meer heeft hij in Nederland niet beleefd. Parsifal is een echte Sabiaan, domweg gelukkig in de kleinste gemeente van Nederland. Wij zijn er geweest op zijn berg, Mount Scenery, ruim 550 meter hoger dan de Vaalserberg. We klommen door het dichte regenwoud aan de noordkant omhoog en over 1064 treden aan de andere kant naar beneden, naar het witte dorp met de rode daken en groene luiken, Windwardside.
Crocodile James
Saba is een vulkaaneiland waar de mensen hoog boven zee wonen op de grens van de dorre onderkant en de groene bovenkant. De top van de berg is meestal in nevel gehuld. Waar de bomen baarden dragen en de wolken geheimzinnig door het oerwoud glijden, staan we plots oog in oog met een in het zwartgeklede man. In zijn hand een machete. Hij heft het enge ding en met een paar rake klappen bevrijdt hij het pad van overhangende bladeren van het olifantsoor. Alle planten zijn hier groot. De gele en rode bloemen van de kreeftenklauw zijn adembenemend mooi. “Ze noemen me meestal Crocodile James.” Samen met een maatje houdt hij de eeuwenoude paden schoon voor ons wandelaars. Wegen had je tot 1938 niet, alleen paden en trappen. De Sabanen gingen tot aan de top van de berg om er land te bewerken. ”They grow like hell”, zegt James terwijl hij het volgende olifantsoor beetpakt. Als je niet regelmatig kapt, is het pad zo verdwenen, begrijpen we. Trots claimt James af te stammen van Schotse, Ierse en Franse voorouders die zich in de zeventiende eeuw op Saba vestigden. Zijn familie komt uit Mary’s Point, het dorpje dat in 1936 op last van de overheid werd verlaten omdat de klif waarop Mary’s Point ligt, dreigde in te storten.
The Promised Land
Vier jaar geleden lazen we over het dorp in een Hollandse krant. Prinses Beatrix had er een wandelroute geopend. “En die heb ik aangelegd”, glundert James. De volgende morgen staan we met hem onder aan de klif waarop Mary’s Point ligt. Een paar kinderen rennen over het zwarte strand om samen met hun vader de golven in te duiken. Moeder bekijkt het vanuit haar rode strandstoel; op veilige afstand van de loodrechte klif, waar donkergrijze rotsblokken gevaarlijk ver uit steken. We gaan over de houten trappen van James omhoog. Hij liet er afgedankte elektriciteitspalen voor in stukken zagen. Die palen waren ruim voorhanden toen, na weer een alles vernietigende orkaan, besloten werd de elektriciteitsdraden onder de grond te leggen. Als het bos zich opent kijken we uit over een azuurblauwe Wells Bay, een baai waar in het begin van de negentiende eeuw buitgemaakte schepen witgewassen werden. Nadat ze overgeschilderd waren en ontdaan van kenmerkende dingen, zorgden helers uit Statia voor de rest. Na weer een paar trappen bereiken we het verlaten Mary’s Point. Kriskras tussen de terrassen liggen overgroeide restanten van cisternen. Hierin wordt net als elders op Saba regenwater opgevangen. Tot de komst van de zeewaterdestilleerderij was Saba volledig afhankelijk van regenwateropvang. Nu is Mary’s Point een dorp zonder huizen. Toen de bewoners gedwongen werden weg te trekken, namen ze hun houten huizen mee naar The Bottom, het hoofddorp van Saba. Daar zijn ze weer opgebouwd in een buurt die bekend staat als ‘The Promised Land’
Slavenmuurtjes
In Nederland kennen we mensen, die niet weten waar de toeter in hun auto zit. Zoiets is ondenkbaar op Statia. Toeteren doe je daar om te groeten. En op een eiland waar iedereen elkaar kent en in de auto rondrijdt, blijf je de hele dag toeteren. Voor wie rustig met de benen wil wandelen, zijn er gelukkig verrassend veel gebieden zonder toeteraars. Zoals de met regenwoud begroeide vulkaan, de Quill, ook al bijna twee keer zo hoog als de Vaalserberg. Maar wij zijn vooral getroffen door het lege, dorre land in het noorden dat heel toepasselijk Boven heet. Daar kun je echt alleen zijn, weg van alles. Met ieder twee liter water gaan we omhoog met een kaarsrechte hengelstok, gescoord op de Quill, als steun in de hand. Meeuwen cirkelen boven onze hoofden. En dan lopen we vast in mysterieus struweel waar geen geluid of beweging is, de takken kaal op wat groene bladeren aan de uiteinden na. Juist daar vinden we sporen van menselijke activiteit, muurtjes van wit bemoste stenen. Slavenmuurtjes worden ze genoemd. Ongelooflijk dat in dit van water verstoken gebied een plantage lag; alleen maar mogelijk door slavenarbeid.
One goat, one vote
Steeds weer komen we ze tegen, de loslopende geiten van Statia. Vele duizenden schijnen er rond te lopen, ook hier in Boven. Mooi wild zijn ze. Als je dichtbij komt, schieten ze weg tussen de bosjes. Maar voor wie groente wil verbouwen zijn die alles verslindende dieren een ramp. Taro is er helemaal klaar mee. “Weet je, als je uit wanhoop een geit schiet, komt er een eigenaar die geld wil vangen. Als je een schadevergoeding wil voor jouw geruïneerde tuin, is de geit van niemand!” Het lukt het gemeentebestuur maar niet om de geitenplaag in te dammen. “Het is hier one goat, one vote. Dus er gebeurt niks”, verzucht Taro als we hem treffen tussen zijn kassen en tuintjes. Inmiddels is de ondernemende Taro iets nieuws begonnen. Hij wijst op een pallet vol zakken tuinaarde. “Dat handeltje loopt goed.” Er zijn blijkbaar nog genoeg mensen die niet wijken voor de geit en het aandurven wat te laten groeien.
Golden Rock
In het centrum van Oranjestad herinneren namen als Kerkweg en Synagogepad aan Nederland. Het is een wonderlijke mix van prachtig gerestaureerde witte houten huizen met felgekleurde luiken, meestal een overheidsinstelling, verlaten bouwvallen op rommelige erven en betonnen woonhuizen in weelderig groen. Helemaal gaaf ligt het Fort Oranje te pronken op de rand van de klif. Even dreigde het naar beneden te storten door erosie en geitengeknaag, maar de klif is met grote stalen ankers en folie gestabiliseerd. Op het binnenterrein staan een paar kanonnen en stevige mangobomen vol rijpe vruchten. Mooi weids kijken we uit over zee waar op de rede schepen liggen te wachten op olie uit een van de witte olieopslagtanks tussen de heuvels. ’s Avonds liggen de boten er feestelijk verlicht bij. We moeten denken aan de tijd dat Statia de Golden Rock werd genoemd. Dat was in de achttiende eeuw, toen zo’n 3000 schepen per jaar het eiland aandeden. Beneden aan de klif onder Fort Oranje liggen de vervallen pakhuizen uit die tijd.
Halve-maanstrand
Sint Maarten is de enige plek waar je met een lange-afstandsvliegtuig kunt komen. Dat vliegveld, een kunstig puzzelstuk ingepast tussen strand, zee en lagunes, is ook de grootste toeristenattractie van het eiland. Zoek maarnaar Maho Beach op You Tube en je begrijpt waarom. Op Sint Maarten ben je absoluut niet een van de weinige reizigers, zoals op de andere eilanden. Diegene die rust zoeken, zoals wij wandelaars, kunnen hun hart ophalen langs de kust en op de heuveltoppen. Voor een langere kustwandeling steek je de grens over naar het Franse deel. Ja, dat is een ander land, zelfs een stukje tropische EU, waar je ongestoord heen mag wippen. Prachtig is de kustwandeling aan de noordoostkust van Baie de Grandes Cayes naar Anse Marcel. Het eerste, rotsige stuk is een uitdaging voor je enkels. Wat je ervoor terugkrijgt zijn heldere poeltjes waar het wemelt van de pikzwarte zeesterren, gaten in de rotsen waar het zeewater is ingedampt tot grijze zoutkristallen en baaien waar het sargassowier zich ophoopt in een dikke oranjebruine deken. Na de rotsen loop je lekker over de uitgestorven witte stranden van Petites Cayes. Op het prachtige halve-maanstrand gaan we uit de kleren en duiken in het kraakheldere water. Hoog op de rotsen kijkt een groene leguaan met zwiepende staart ons aan terwijl we in alle rust zitten op te drogen.
One-Titty
Ook de toppen van de Sint Maartense heuvels zijn nauwelijks bebouwd. Op onze wandeling van Koolbaai over Sint Peters Hill naar Marigot, het bestuurscentrum van het Franse deel, kunnen we lekker ver wegkijken. Het pad tussen de vrijwel kale bomen voert niet alleen omhoog maar ook over de grens. Natuurlijk zijn er loslopende geiten en kippen. We volgen paden waar ooit One-Tété Lohkay rondzwierf. Deze jonge tot slaaf gemaakt vrouw ontsnapte van een plantage hier beneden. Ze werd weer gevangengenomen en als straf een borst afgerukt, vandaar One-Tété of One-Titty in het Engels. Maar ze wist weer te ontsnappen. Soms zagen de tot slaaf gemaakten op de plantages rook kringelen uit het struikgewas op de heuvels. Voor hen een teken dat One- Tété nog steeds vrij rondliep. Na 1848 waren de rookpluimen meer dan dat. Het was een sein van One-Tété dat haar lotgenoten veilig de heuvels naar het vrije Franse deel konden oversteken. In het Nederlandse deel zou de slavernij pas vijftien jaar later worden afgeschaft dan in Saint-Martin. One-Titty wordt geëerd met een beeld. Zou de grensovergang waar wij hoog in de bergen passeren, niet een veel betere plek zijn voor het ontroerende beeldje? Dat staat nu op een desolate rotonde tussen Pietersburg en Cay Bay.
Wandelwijzer
De kleine Caraïbische eilanden Saba, Sint Eustatius en Sint-Maarten zijn onderdeel van het Koninkrijk der Nederlanden. De eerste twee als zelfstandige gemeentes, Sint Maarten als onafhankelijk land.
Bereikbaarheid
Dagelijks zijn er vluchten met KLM/Air France naar Sint Maarten. Vandaar zijn de andere eilanden bereikbaar per vliegtuigje of boot. Op de eilanden is men vooral aangewezen op taxi’s. Alleen op Sint Maarten rijden er regelmatig busjes.
Beste reistijd
Hoogseizoen loopt van begin december tot eind februari. Tussen eind juli en eind november is er kans op orkanen.
Wandelen
Op Saba is een dicht netwerk van goed gemarkeerde historische voetpaden. Aanraders zijn Sandy Cruz, Mary’s Point, Elfin Forest/Mount Scenery en Tidal Pools. Voor overzicht www.sabatourism.com/hiking/ of Tom van ’t Hof 2012 Hiking on Saba: A guide to the trails of Saba. Saba Conservation Foundation
Op Sint Eustatius zijn er goed gemarkeerde wandelroutes op The Quill en in Boven National Park. Verder is er de wandelgids van Marion Schroen. Wandelen op St. Eustatius; Geschoeid op Nederlandse leest. Anoda Publishing. Zie ook https://www.st-eustatius.com/nl/diving/statias-top-10-hiking-spots
De wandelinfrastructuur op Sint Maarten is minder ontwikkeld maar wel aantrekkelijk langs de kust en in de heuvels. Wij hadden steun aan https://www.reisjevrij.nl/hiken-op-sint-maarten-10-wandelroutes-met-kaart .
Route tracks op onderstaande Google Maps kaart
Route tracks op Wikiloc voor Saba:
Sandy Cruz Trail Wandeling door tropisch oerwoud van Zions Hill naar The Bottom
Mary's Point Trail: Korte klim vanaf Wells Beach naar het verlaten dorp Mary's Point
Wandeling over Mas Cohones en Crispeen Trail van Windwardside naar The Bottom
Route tracks op Wikiloc voor Sint Eustatius
Beklimming van vulkaan de Quill
Wandeling naar het hoogste punt van Boven
Route tracks op Wikiloc voor Sint Maarten/Sant Martin